Docent Wiskunde op het Marnixcollege in Ede, Duke Varga (55), heeft met zijn nieuw gekochte, zwart/blauwe Santos Travel Lite in zijn eentje een fietstocht gemaakt van zijn woonplaats Wageningen naar Zsira, in het westen van Hongarije. Zijn 30 à 40 kilo bagage was absoluut te veel, maar zijn tocht van ongeveer 1800 kilometer heeft hij met heel veel plezier in tweeëneenhalve week voltooid aan het begin van de zomer van 2016.
‘Ik hou van verandering. Ik heb plantenveredeling gestudeerd in Wageningen en was vroeger projectleider biotechnologie. Daarna ben ik als meester in het basisonderwijs gaan werken en nu als wiskundedocent. Dat betekent dat ik ook allerlei studies moest doen om het onderwijs in te gaan. In december 2015 was ik daar eindelijk mee klaar en dat was de reden om iets bijzonders te gaan doen. Dat is de fietstocht naar Hongarije geworden.
Mijn vader komt uit Hongarije. Lang geleden is hij hier in Wageningen terechtgekomen. Dus had ik het plan opgevat om de weg terug te nemen, maar nu per fiets. Wij hebben daar nog een vakantiehuisje en daarmee was m’n doel bepaald.
Of ik een fietser ben? Nou ja … Af en toe maak ik wel een fietstochtje van 50 of van 80 kilometer. En ik fiets vanuit Wageningen naar m’n werk in Ede. Dagelijks zo’n 20 kilometer. Daarom dacht ik ook dat alles wel in orde moest zijn aan de fiets waarmee ik naar Hongarije wilde. Ik ben niet zo technisch met fietsen, dus in reparaties onderweg had ik geen zin.’
De fiets als maatkostuum
‘Ik heb in mei 2016 bij Bart van Sector 2 Bikes een Santos Travel Lite gekocht met een Rohloff naafversnelling in combinatie met een riem. Die fiets rijdt echt als een zonnetje. Ik had een 15 jaar oude hybridefiets van Bulls. Die gebruikte ik voor naar m’n werk, naast ook een Basman Lowrider. Een soort halve ligfiets, een cruiser. Met een breed stuur en een laag zadel. Die had ik als een geintje gekocht, vier jaar geleden, en die deed het zo lekker dat ik daar nog vaak mee naar het werk fiets. Maar op dat ding kon ik natuurlijk geen fietsvakantie houden, dus ik moest iets nieuws kopen.
Omdat ik dacht dat het alleen voor de vakantie zou zijn, ging ik eerst kijken of ik er eentje kon huren. Ik kreeg via de onvolprezen Roel Peereboom van Profile Wageningen contact met Santos zelf en zij hebben mij verwezen naar Sector 2 Bikes voor de huur. Ik kende Bart helemaal niet, maar toen ik eenmaal met hem in contact kwam, ging het er al snel over dat ik deze fiets ook voor m’n werk kon gebruiken, ook in de winter. Als ik ‘m voor zowel m’n vakantie als m’n werk kan gebruiken, dan ben ik spekkoper, want de Bulls was bijna op. Zo heb ik deze superlekkere fiets gekocht. Achteraf een echt slimme zet, want mijn rug, niet mijn sterkste punt tijdens het fietsen, is totaal niet belast geweest tijdens de trip.
En de techniek?…
Ik heb daarnaast nul komma nul technische problemen gehad op m’n reis naar Hongarije. Hoe lekker is dat? Alles was goed uitgemeten en daar had Bart ook de tijd voor genomen. Die remmen (velgremmen van Magura) bijvoorbeeld zijn supergoed. Je hoeft maar even te knijpen en pats, je staat stil, zonder teveel te blokkeren. Het fietsen met volle bepakking ging een keer zo hard dat ik 20 á 30 km lang wielrenners achter me aan had, op een dijk langs de Donau. Door m’n fietstassen was ik zo breed dat ik die lui aanjoeg alsof ik een derny was.
Ik heb een SQ-lab 604 zadel. Dat zat uiteindelijk het lekkerst. Ik heb een aantal zadels getest. Die mocht ik van Bart gewoon meenemen om uit te proberen. Ik kon ook gewoon allerlei fietsen uittesten, ook voor langere tijd. Waar maak je dat nog mee? Zonder dat hij me kende. Het vertrouwen waar Jan Terlouw het over had … Als je iedere dag op je fiets klimt, ligt zadelpijn op de loer. Heel belangrijk dus om dat van tevoren te testen en niet te beslissen in een minuutje. Tijdens de trip verstelde ik trouwens ook m’n zadel af en toe, waardoor ik telkens een beetje anders zat. Daarmee belast je je zitvlak niet steeds op dezelfde manier. Het zorgt voor spreiding van de belasting en dat beviel goed.
Verder had ik ook maar gelijk bij Bart zwarte Ortlieb fietstassen gekocht, plus een dito stuurtas (superhandig voor lichte en belangrijke spullen en eten). Beter zelf fluorescerende kleding aantrekken dan te felle tassen kopen, bedacht ik me ook. Vooral de achtertassen hadden een best volume. Daar kon ik lekker veel in kwijt. Door onervarenheid heb ik veel te veel meegenomen. Wat als … je kent het wel. Ik wist niet wat ik aan m’n fiets moest sleutelen, dus voor de zekerheid had ik alles bij me, bijvoorbeeld ook een waterpomptang. Natuurlijk bleek ik die niet nodig te hebben. Trouwens, deze fiets heeft de eigenschap dat je een kilootje bagage méér totaal niet voelt, als je trapt. Daardoor kan je ook die tassen echt lekker volproppen zonder het echt te merken.’
Tips van Bart
‘Het mooie is dat zo’n fietstocht echt maakbaar is, zonder dat je het van jongs af aan hebt meegekregen. Als je het wil, dan kan het gewoon. Dat heb ik ook aan Bart te danken. Het is inspirerend om mensen zoals Bart te ontmoeten. Zonder hem had ik dit nooit zo out of the blue kunnen doen. Hij heeft heel rustig een aantal dingetjes bij mij geobserveerd. Dan moet je dit doen en dat doen, fietstassen zus, bandjes zo, en zadel op die manier, etc. En ook: dat en dat moet je juist NIET doen, past niet bij je, of toch onhandig.
Ik vind het leuk dat je dan zonder dat je technisch bent of er veel van weet, toch zo’n hele trip kan maken. Dat is wat ik iedereen kan aanraden. Je moet het gewoon doen, je erin storten. Mensen zoals Bart die helpen je ermee, ook met het mentale proces. Ik ben vaak bij hem op bezoek geweest (ook ’s avonds, als ik overdag geen tijd had, was dat mogelijk) en hij heeft rustig naar mij geluisterd. Zo vroeg ik of m’n fiets niet zou worden gestolen als ik even een winkel in ga. Ik laat dan m’n fiets alleen met van alles en nog wat erin. Dan zei Bart: je moet koordjes aan je stuur doen, en je remmen ermee vasttrekken. Iemand die je fiets wil meenemen, is wel even bezig om die koordjes te ontdekken en eraf te halen. Ik ben niet zo geneigd iemand een veer in z’n achterste te steken, maar álles was gewoon raak wat hij vertelde.
Een ander voorbeeld: ik houd niet zo van toeclips. Ben dat niet gewend, en wil niet vast zitten met m’n voet. Maar ik heb wel grip nodig op m’n pedalen, als het nat weer is. Probleem. Zegt Bart: dan kun je het beste pedalen nemen met kleine spikes erop. In de tropen moet je dan wel uitkijken dat die spikes niet tegen je schenen aankomen, als je afstapt. Dan krijg je makkelijk een wond en loop je infectiegevaar. Inderdaad stootte ik de eerste dag tegen die spikes, maar ben toen op een andere manier gaan afstappen. En altijd prima grip gehad …
Nog een paar handige tips die Bart me heeft gegeven: doe niet te smalle banden, ondanks dat je op de weg fietst. De Almotion 50mm waren perfect, blij dat ik goed naar hem heb geluisterd en niet nog smallere bandjes eronder had gekocht. Soms moest ik echt door het bos of over zandpaden. Ook handig: een frametasje, een ligstuurtje, en zonnebrillen met leesdeel, om mijn voorgeprogrammeerde GPS-tracks goed te kunnen zien.
Alleen
‘Het was heerlijk om alleen die tocht te maken. Ik heb nog een advertentie gezet of er iemand mee wilde, maar helaas. Het moet ook maar net uitkomen en ik nam vrij laat de beslissing om te gaan. Het voordeel van in je eentje fietsen is dat je veel aanspraak hebt van mensen die je tegenkomt. Midden in Wenen holde iemand me achterna en begon meteen over m’n Santosfiets. Insiders zien onmiddellijk dat er een ander onderdeel op zit dan standaard. Vooral nieuwsgierige mensen, die eigenlijk ook willen overstappen, en graag mijn ervaringen willen horen.
Een ander voordeel van alleen op reis gaan is dat ik helemaal m’n eigen route en tijd kon bepalen en kijken wat er op me afkwam. Uiteindelijk heb ik 1800 kilometer gefietst. Dat was ongeveer 110 kilometer per dag.
Omdat ik weinig fietservaring had, dacht ik dat het beter was om geen tent mee te nemen. Kamperen betekent dat ik ook kookspullen moet meenemen en zelf moet koken, en ik wilde juist veel tijd stoppen in het bekijken van gebouwen en de omgeving, naast het fietsen zelf. Bovendien regende het in Nederland dagenlang vóór ik vertrok. Continu met natte spullen zeulen trok me iets minder. Dus ik heb ervoor gekozen om bed & breakfast te nemen en via speciale appjes in goedkope onderkomens te slapen (o.a. Bett&Bike, en Warm Showers). Die zijn niet eens zoveel duurder dan campings.
Ik had dagelijks dan ook veel meer tijd om een soort blog bij te houden, bedacht ik me. Mijn vader vond het superinteressant wat ik deed (alhoewel hij eerst niet wilde dat ik die tocht zou maken), dus ik heb geschreven over de landschappen, de mensen die ik tegenkwam en de historie van gebouwen en plaatsen. Ook schreef ik dat Europa echt aan het veranderen is. Juist dat besef je tijdens zo’n fietstocht veel meer dan als je erdoorheen jakkert in een blik op vier wielen. Dat schrijven kon ik dan mooi op zo’n kamertje doen met gratis wifi. Wel heb ik verschrikkelijke mazzel gehad met het weer. Ik heb in die 16 dagen dat ik weg was netto een kwartier regen gehad. De volgende keer ga ik gewoon met de tent (en met de helft bagage minder), want als je buiten leeft, heb je minder last van die buienradar-stress.
Gehecht raken aan de Santos
Mijn doel was dus Hongarije en toevallig liep de route die ik wilde fietsen gelijk met de ‘Limes route’ (limes is Frans voor ‘grens’). Ongeveer 20 eeuwen geleden was dat de noordgrens van het Romeinse Rijk. Die grens liep van Katwijk naar de Roemeense delta, de Zwarte Zee. Deze route liep best parallel aan de route die ik zou nemen naar het vakantiehuisje in Hongarije. Dus ik heb grotendeels de Limesroute gefietst. Pas in Wenen boog ik meer naar het Zuiden af. In je eentje op een 2000 jaar oude wachttoren staan en niemand om je heen. Dan weet je dat we nu eigenlijk maar “een zuchtje in de eeuwigheid” zijn. Dus je beseft: we moeten nu genieten, we moeten het nu pakken.
Je raakt enorm gehecht aan deze fantastische fiets en ook erg vertrouwd. Midden in Wenen moest ik eigenlijk stapvoets lopen vanwege het drukke voetverkeer, maar op het zadel blijven zitten en heel langzaam trappen ging met deze fiets opvallend gemakkelijk. Ik kon een keer boven een obscuur Chinees restaurant slapen op de derde verdieping, maar de fiets moest helaas op straat staan. Ik heb de Santos toch stiekem de trappen op gesjouwd en dat snurkte ’s nachts toch een stuk beter.
Volgend jaar overweeg ik langs de gehele grens van Nederland te fietsen, omdat ik voor mijn kleinkind dan wel snel terug wil kunnen zijn. De omtrek van Nederland is trouwens zeker ongeveer dezelfde afstand als van hier naar Hongarije, al zou je dat niet zo zeggen. De grens opzoeken is dus wel iets voor mij. Maar ja, mij kennende kan het fietsen langs de omtrek van Nederland ook zomaar anders worden. Een ding is dan zeker: in ieder geval wel met de Santos fiets. Die fietst grenzeloos goed.’
Heb je zelf ook een doel om met een nieuwe Santos te bereiken?
Wil je zelf horen welke tips Bart en zijn collega’s dan voor jóu hebben?
Bel 0317 – 745 922 en maak een afspraak!